Hoe verbind je je breiwerk in het rond
Wanneer je in het rond breit, is het moeilijkste gedeelte om je breiwerk in het rond te verbinden nadat je alle steken hebt opgezet. Zodra dat gebeurd is, is het maar een kwestie van te blijven breien.
Er zijn verschillende manieren om je breiwerk te verbinden, en alle manieren kunnen zowel op rondbreinaalden als op dpns gebruikt worden. Hieronder zie je hoe ik het doe, met dpns.
- Zet het gewenste aantal steken op.
- Als je met dpns werkt, verdeel je steken dan evenredig over 3 of 4 naalden, afhankelijk van het aantal steken en het patroon. Als je met rondbreinaalden werkt, kan je deze stap overslaan.
- Zorg ervoor dat al je steken juist zitten, en dat je eerste rijtje nergens gedraaid zit. Dit is heel belangrijk, als er toch ergens een steek op z’n hoofd staat, zal je later helemaal opnieuw moeten beginnen. De beste manier om dit te controleren, is om je werk even neer te leggen op een tafel of een ander vlak oppervlak.
FOUT JUIST - Neem je werk weer op, en zorg ervoor dat je de naalden met de eerste en de laatste steek recht voor je hebt. Hiermee bedoel ik dat de andere naalden zich achter je handen bevinden, en er zeker niet voor. Als de andere naalden zich voor je handen bevinden en je op de achterste naalden breit, dan ben je eigenlijk binnenstebuiten aan ’t breien. Dat is geen grote ramp, maar het kan wel een groot gevolg hebben op je patroon.
- Met de naalden met de eerste en de laatste steek recht voor je, zorg je ervoor dat je je draad ook naar achter trekt, zodat hij niet in het midden van je werk blijft hangen.
- Neem je rechternaald, en steek ze van rechts naar links onder de eerste steek op je linkernaald. Verschuif de steek van je linkernaald naar je rechternaald.
- Neem nu je linkernaald, en steek ze van links naar rechts door de tweede steek op je rechternaald. Dus niet door de steek die je net hebt overgezet, maar door de steek na de overgezette steek. Hef deze steek over de steek die je eerder hebt opgezet en zet ze zo op je linkernaald.
- Trek goed aan.
- Plaats een plaatshoudertje tussen de steken, zodat je steeds weet wannneer je aan een nieuw rijtje begint.
- Begin te breien.